Stress en andere beperkende emoties lijken soms net zo lastig bespreekbaar te zijn als aambeien. Mensen die er echt last van hebben, zullen dat niet gemakkelijk toegeven. Stress is wel zeer bespreekbaar als we het over anderen hebben. Zeker als het stressgedrag van die anderen tot anekdotische verhalen leidt. Feitelijk is dit gewoon roddel, maar anekdote klinkt wat vriendelijker. Zolang stress niet onze eigen stress betreft, hebben we er best wel een mening over.
Waar komt die schaamte vandaan? Hoe komt het dat ‘stress’ als onderwerp vrijwel dagelijks de media haalt, maar dat we het niet op onszelf betrekken? Dat we menen dat vooral anderen daar last van hebben? De grootste kans is dat dit te maken heeft met ons zelfbeeld. We zien onszelf graag als competent en ambitieus en we willen vooral graag dat anderen ons zo zien. Vrijwel geen werknemer zal zijn manager vertellen dat hij of zij last heeft van onzekerheid of stress, bang om als incompetent of inferieur gezien te worden en de kans op positieverbetering direct al om zeep te helpen. Maar ook als we door mensen die wat dichter in onze intimiteitzone mogen komen worden aangesproken op gedrag dat duidelijk door emoties wordt bepaalt, willen we daar liever niet van weten.
Het is als betrapt te worden met je vingers in de koektrommel. Je weet dat je bezig was iets lekkers te snaaien, je dacht dat je ermee weg kon komen en ineens wordt je betrapt. Dat is het moment waarop de smoesjes beginnen, het verhaal waarvan je hoopt dat een ander het gelooft, maar waarvan je zelf donders goed weet dat het niet waar is. De smoesjes die we gebruiken als we betrapt worden op stressgedrag zijn aardig in overeenstemming met het aantal keren dat we stressgedrag vertonen.
De (doorzichtige) smoesjes top 5:
Met stip op 1: het gedrag van anderen de schuld geven van jouw emotie. Hier zit altijd een redenatie in met “als… dan” die neer komt op als anderen nu maar anders gedaan hebben dat ze deden, dan had ik me beter gevoeld.
Op de hielen gevolgd door (2): de onbeïnvloedbare omstandigheden de schuld geven. Deze ligt dicht bij de eerste, met dat verschil dat hier omstandigheden de schuld krijgen die je zelf niet kunt veranderen. De variëteit hierin is zo breed als je maar kunt bedenken: het weer, de verloren wedstrijd van je favoriete club, het openbaar vervoer, de klimaatverandering, de opkomst van kunstmatige intelligentie, de politiek, de belastingdienst… Je noemt het maar.
Deze tweede plaats wordt overigens ernstig bedreigd door (3): de wel door jou beïnvloedbare omstandigheden de schuld geven. Je thuissituatie, je werk, je uitgaansleven, je financiële mogelijkheden.
“Ik ben nu eenmaal zo” staat stabiel op een vierde plaats. Waarbij de schuld weliswaar binnen zichzelf gezocht wordt, maar tevens wordt aangegeven dat iemand niet van plan is om ook maar iets aan zichzelf te veranderen.
‘Bagatelliseren’ tenslotte op een vijfde plek. Dooddoeners als ‘stress hoort er nu eenmaal bij’. Of het ‘nu even geen commentaar’.
De eerste drie gaan voorbij aan het feit dat ‘gevoel in jou zit, niet in de omstandigheden die dat gevoel oproepen’. Alles is gebaseerd op een fantasie die begint met ‘als…’ De realiteit is echter dat ‘als’ niet de realiteit is. Wat we graag gewild hebben dat anderen deden, dat deden ze niet. Ongeacht welke reden ze daarvoor hadden, ze deden wat ze deden. (punt) De omstandigheden zijn ook gewoon wat ze zijn. Je kunt je zorgen maken over wat er in het Midden Oosten of in Amerika gebeurt, over klimaatverandering, genetische manipulatie, de selectieve berichtgeving van de ‘officiële’ media, kunstmatige intelligentie, de politiek of de belasting die je moet afdragen. Het is wat het is.
Datzelfde geldt voor je privéomstandigheden. Natuurlijk vraagt het iets van je als je de zorg voor kinderen hebt, een ideale partner wilt zijn of er graag één zou willen vinden, de gezondheid van je ouders extra aandacht vraagt, je partner gedrag vertoont waar je niet blij van wordt. Kortom als één of meerdere van de vier belangrijke levensgebieden (gezondheid, persoonlijke groei, relaties en financiële veiligheid) van jezelf of van je dierbaren bedreigd wordt.
Gevoel en beleving zitten echter niet in die omstandigheden zelf. Gevoel en beleving is de betekenis die je aan die omstandigheden geeft. Stress en zo ontstaat als je aandacht bij die omstandigheden is in plaats van bij wat nu concreet van je gevraagd wordt. Stress is veelal het gevolg van wat er zou kunnen gebeuren, waarbij vooral aandacht gaat naar die scenario’s waarvan je juist niet wilt dat ze gebeuren. Beperkende emoties spelen op bij onzekerheid en onvoorspelbaarheid. Als iets onvoorspelbaar is of onbekend is, treedt onmiddellijk de vechtvluchtreactie in werking.
“Ik ben nu eenmaal zo” is van een andere orde. Je kunt je niet verschuilen achter het masker van je valse persoonlijkheid, van je zelfbeeld. Mensen die dit werkelijk menen, zijn gestopt met groeien en dus feitelijk doods. Groei is immers de continue verandering. “Ik ben nu eenmaal zo” is dan ook niet waar. Mensen zijn niet hun karakter, mensen maken gebruik van karakter om zich een houding te geven in de interactie met de buitenwereld. Vaak wordt “ik ben nu eenmaal zo” gebruikt als er sprake is van een machtsituatie. Leidinggevenden komen er regelmatig mee weg, waarmee ze aangeven dat zij zich zelf niet hoeven aan te passen, maar wel van anderen verwachten dat ze zich aanpassen.
Bagatelliseren komt veelal voor in situaties waarin het juist de beperkende emotie is die de regie voert. “Stress hoort er nu eenmaal bij”, kan alleen maar geuit worden als stress zelf aan het woord is. Emotie is de meest voorkomende gehoorafwijking. Iemand die ‘in een emotie zit’, iemand dus die zelf niet de regie voert maar de emotie laat bepalen wat ze doen, is niet aanspreekbaar. Probeer het maar eens uit. Zeg tegen iemand die zich diepverdrietig voelt dat het wel weer over zal gaan, of zeg tegen iemand die zich vreselijk opwindt, dat hij zich niet moet opwinden… De emotie zal terugvechten. Verdriet wil niet dat het weg gaat, verdriet wil blijven. Boosheid wil zich laten gelden en wordt alleen maar groter als het weerstand krijgt.
Toch… het zijn smoesjes, niets dan smoesjes. Flauwe en laffe excuses om niet de verantwoordelijkheid te nemen voor je eigen gevoel en beleving.